Grijze ekster

(Crypsirina cucullata)    Duitsland  Spatelschwanzelster  Groot brittannië  Hooded Treepie  Frankrijk  Témia à collier
 

Grijze ekster, Crypsirina cucullataBeschrijving: De Grijze ekster is een zeldzame, kleine boomekster met lange, aan het uiteinde breed uitlopende (lepel)staart. Stevige zwarte snavel, aan bovenkant sterk gebogen. Korte, dunne, zwarte poten. Korte, brede vleugels die een smalle witte streep vertonen als ze samengevouwen zijn. Getrapte staart waarvan de beide middelste veren aan het uiteinde sterk verbreed zijn, waardoor de staart op een lepel lijkt. Volwassen vogels zijn bleek grijs, met een zwarte kop, vleugels en lange, lepelvormige, staart. Beide seksen zien er hetzelfde uit. Iriseert donkerblauw. Bij juvenielen is de grijze kleur iets bruin getint en de kop is zwartbruin. De staart vertoont nog niet de opvallende lepelvorm. Oranje vlek bij snavelbasis en oranje binnenzijde (is bij adulten zwart). Komt uitsluitend voor in de laaglandbossen van centraal, noord en zuid Myanmar (Birma).
Habitat: Droge laagland bossen van verschillende samenstelling. Ook wel in bamboebossen. Tot een hoogte van 1000 meter.
Lengte: 30 – 31 cm. (incl. staart).
Voortplanting: Nestelt solitair. Van mei tot juli. Het nest ziet er uit als een verkleinde uitgave van een eksternest (Pica pica), van takken gebouwd met een soort van overkapping. In een kleine boom of in struikgewas. Legt 2 tot 4 eieren, crème-kleurig tot groenachtig wit, aan het stompe einde rijkelijk bruin gespikkeld en gevlekt.
Bijzonderheden: Een van de minst bekende van alle Aziatische kraaiachtigen. Wordt zowel single, in paar als in gezinsverband aangetroffen. Insecteneter.
Vleugels maken een snorrend geluid tijdens de vlucht. Zijn habitat verdwijnt in rap tempo, daardoor duidelijk bedreigd.

N.B.: Als u op zoek was naar een in Nederland gesignaleerde Grijze ekster, dan zit u hier fout! Daarover vindt u informatie bij de kleurmutaties.